FleschBonsai Kamerbonsai

Flesch Bonsai

Op deze pagina, geef ik wat informatie over het onderhoud op kamer Bonsai, met een tabel voor de beste temperaturen.

KAMERBONSAI

SOORTEN 

In de lijst onderaan, vindt men diverse soorten terug die geschikt zijn voor binnen of kamerbonsai.  

Dit wil echter niet zeggen dat al deze bomen tropische soorten zijn, er zijn soorten bij die ook winterhard zijn zoals Juniperus chinensis sargentii (of shimpaku). 

Deze kan men in de winter gewoon buiten laten staan, men moet de bomen wel beschermen tegen de vorst net zoals bij de andere winterharde soorten. 

Een aantal zaken moet men bij bonsai ( zowel binnen als buitenbonsai ) wel in het oog houden, bij binnen bonsai is het licht, de vochtigheid, standplaats en temperatuur zeer belangrijk. Naargelang kan de éne soort in de winter best wat kouder staan zoals bv. Juniperus oxycedrus met een minimum temperatuur van 4°C tot 10°C a 15°C, en staat een andere soort best wat warmer zoals de Ficus benjamina met een minimum temperatuur van 15°C tot 18°C

Bij de soorten die in de winter een rust periode vragen houdt men de temperatuur in de winter best tussen de 4-10°C.

Dit zijn natuurlijk de ideale temperaturen, maar is in ons landje zo goed als onmogelijk te verkrijgen, en ook niet nodig. 

De meeste bomen passen hun goed aan naar ons klimaat, en met een beetje rekening te houden met de tabel hieronder lukt het wel.

De Azalea bv. heeft in de winter een koelere plaats nodig om bloemknoppen te kunnen vormen.

Ikzelf met 2 van mijn azalea’s

Enkele voorbeelden van temperaturen in °C:

Enkele tips: 

In de zomer kan men de luchtvochtigheid goed controleren door bv.. regelmatig te sproeién ( vernevelen ). Zet ze ook op een lichte standplaats' echter wel oppassen voor de zon, een plant die achter glas staat zoals een raam, is zeer gevoelig voor de zon. Achter glas is het zoals men weet veel warmer en kunnen de bladeren verschroeién, zeker als men net gesproeid heeft met gevolg dat het loof nat is, dan kan men brandplekken krijgen op de bladeren. Natuurlijk zijn er ook soorten die een wat minder lichte plaats verdragen zoals bij de Ficus microcarpa, bloeiénde planten hebben echter veel licht of zelfs zonlicht nodig, anders zullen ze weinig of geen bloemen dragen. 

Men moet in de winter ook altijd oppassen voor tocht, dit kan voor de boom fataal zijn. Controleer ook regelmatig de grond van de boom, dit om te bepalen of de boom water nodig heeft of niet. Als de grond nog nat aanvoelt kan men beter een dag overslagen met water geven. Voelt de grond echter zeer droog aan, dan kan men best wat meer water geven, vooral in de zomer op warme dagen kan het zijn dat men twee keer per dag water moet geven. Laat de boom nooit uitdrogen, dit kan voor de boom fataal zijn. Laat de boom ook nooit in een met water gevulde schaal staan, dit kan leiden tot wortelrot met afsterven van de boom tot gevolg. Als men de boom water gegeven heeft en deze staat in een schaal, giet dan na een 15 tal minuten de schaal uit. Zo voorkomt men wortelrot. 

Wees ook voorzichtig met het geven van meststoffen, geef niet te veel maar ook niet te weinig. Als men de boom verpot heeft, moet men een 6 tal weken wachten voordat men terug meststoffen geeft. De verse grond bevat immers voedsel genoeg, als men dadelijk na het verpotten meststoffen gaat bijgeven, dan verbrand men de wortels van de boom.

Bij de soorten die in de winter een rust periode vragen houdt men de temperatuur in de winter best tussen de 4-10°C.

De Azalea bv. heeft in de winter een koelere plaats nodig om bloemknoppen te kunnen vormen.

Verpot de bom ongeveer om de 1 a 2 jaar naargelang de soort en de ouderdom van de boom. Wacht men te lang met verpotten is het mogelijk dat de grond met verloop van tijd volledig verdwenen is zodanig dat er alleen maar wortel in de pot aanwezig is. Of dat de grond zo hard geworden is dat hij bijna geen water meer opneemt. Als men dit vaststelt kan men het best water geven door de boom een badje te geven tot dat de tijd aangebroken is om de boom te verpotten. Een badje geven doet men door de boom in een badje te zetten met water gevuld tot net onder de rand van de bosai pot, laat de boom in het water staan tot dat de grond aan de oppervlakte nat aanvoelt. Haal dan de boom uit het badje en laat hem enkele minuten uitlekken. 

Men kan ook best de boom regelmatig gewoon eens bekijken, om de eventuéle bedrading te controleren zodanig dat deze niet ingroeit, en natuurlijk ook om eventuele insecten op te sporen zodanig dat men op tijd kan ingrijpen.